De vraag naar batterijen neemt snel toe, mede door de omschakeling naar groene energie. Deze toename vereist echter dat er meer batterijmetalen zoals nikkel en kobalt worden gewonnen, net als bij de lithiumontdekking onder de Salton Sea.
Op zoek naar mangaan knollen
Langs de bodem van de Stille Oceaan bevinden zich uitgestrekte velden met wat men ook wel ‘diepzeeaardappelen’ noemt, beter bekend als mangaan knollen. Deze knollen bevatten waardevolle metalen zoals nikkel en kobalt, die essentieel zijn voor het maken van batterijen. Het blijft onduidelijk wat de precieze gevolgen en de duurzaamheid van deze diepzeemijnbouw zijn voor het milieu.
Een studie van het National Oceanography Centre en het Natural History Museum in Londen onderzoekt deze kwestie. Onderzoek in de Clarion-Clipperton Zone (CCZ) – een gebied dat al sinds 1979 wordt geëxploiteerd – toont aan dat sporen van mijnbouwactiviteiten na 44 jaar nog steeds zichtbaar zijn. Dit doet ons nadenken over de langetermijneffecten van dergelijke activiteiten.
Herstel en ecologische veranderingen
We zien dat dieren langzaam terugkeren naar de gemijnde zone, wat aantoont dat herstelprocessen zijn begonnen. Ook de sedimenten veranderen zichtbaar door de jaren heen. Zo werd een gebied van 8 meter zonder knollen aangetroffen, omringd door sporen van mijnbouwactiviteiten. Kleine, beweeglijke organismen zoals xenophyophoren verschijnen al, terwijl grotere soorten die zich aan de zeebodem hechten, nog steeds zeldzaam zijn.
Dr. Adrian Glover zegt: “Het meest opvallende is dat de sporen van de mijnmachine, al 44 jaar geleden gemaakt, er bijna zo vers uitzien als gisteren.” Hij voegt eraan toe: “Wat interessant is, is dat het dierenleven echt weer begint terug te keren naar het gemijnde gebied.”
Uitdagingen bij opschaling
Traditionele mijnmethoden gaan vaak ten koste van gebieden met veel biodiversiteit, wat leidt tot de zoektocht naar alternatieven zoals mijnbouw op de zeebodem, vergelijkbaar met de lithiumkoorts in de McDermitt Caldera. De sedimentpluimen die door deze verstoringen ontstaan, lijken op de lange termijn weinig impact te hebben op het dierenleven, maar zorgen over mogelijk onomkeerbaar verlies van biodiversiteit blijven bestaan, aangezien sommige soorten voorgoed verloren kunnen gaan.
Een netwerk van beschermde gebieden beslaat bijna 2 miljoen km². Er is echter meer onderzoek nodig om de verschillen in biodiversiteit tussen deze zones en gebieden met mijnbouwactiviteiten in kaart te brengen. Dit biedt meer inzicht in wat mogelijk verloren kan gaan door mijnbouw.
Wat we nog moeten onderzoeken
De publicatie van deze studie in het tijdschrift Nature onderstreept dat er nog veel onderzoek nodig is naar diepzeemijnbouw en de ecologische gevolgen ervan. Het vergelijken van de biodiversiteit tussen beschermde en door mijnbouw verkende gebieden zal bepalend zijn voor toekomstige beslissingen over zeebodem mijnbouw.
De uitdagingen rondom batterijproductie en milieubescherming vragen om innovatieve oplossingen en diepgaand onderzoek. Terwijl we streven naar duurzame energiebronnen, moeten we erop letten dat we op verantwoorde wijze met onze natuurlijke rijkdommen omgaan om blijvende schade aan de aarde te voorkomen.