Het is HET nieuws van de zomer in de Belgische banksector: lang verwacht en besproken maar nooit bevestigd, de gedeeltelijke privatisering van Belfius komt eindelijk in zicht. Deze zou al eind volgend jaar kunnen plaatsvinden.
Sinds de redding in 2008 door de staat, heeft het voormalige Dexia veel water onder de brug zien doorgaan. De bankverzekeraar is snel een steunpilaar van de Belgische economie geworden, zowel op het gebied van hypothecaire kredieten als leningen aan bedrijven of gemeenten en steden van het land. Haar halfjaarlijkse winst schommelt rond het halve miljard euro, zo communiceerde de bank vorige week bij de presentatie van haar financiële resultaten. Over heel 2024 bereikte deze netto winst zelfs een record van 1,1 miljard euro. Belfius beheert ook meer dan 200 miljard euro aan spaargelden en investeringen.
Gezien haar uitstekende gezondheid pleit het bedrijf al enkele maanden voor de verkoop van 20% van haar aandelen, die momenteel volledig in handen zijn van de Belgische staat, aan private investeerders. Haar CEO, Marc Raisière, deed eind februari, enkele weken na de komst van de regering-De Wever, opnieuw een verzoek. Hij wil samenwerken met partners, mogelijk uit het buitenland, “die ons kunnen vergezellen in onze bancaire, verzekerings- en vermogensbeheeractiviteiten”.
En hij lijkt nu te zijn gehoord, aangezien de minister van Financiën, Jan Jambon (N-VA), onlangs de bankverzekeraar heeft gevraagd om zich voor te bereiden op een dergelijke operatie, zo kondigde de baas van Belfius vorige week aan. Een definitieve beslissing wordt in oktober verwacht, tijdens de begrotingsconclaaf van de federale regering, voor een verwachte realisatie tegen eind 2026.
Het is immers vooral een kwestie van begroting die deze gedeeltelijke privatisering drijft. En de geopolitieke context is uiteraard de belangrijkste uitleg, aangezien België meer moet investeren in haar defensie-uitgaven om de 2% van het BBP te bereiken.
De operatie zou tussen de 2 en 2,5 miljard euro moeten opleveren, een bedrag waarboven de meerdere gewone en uitzonderlijke dividenden komen die de bankverzekeraar al aan de staat heeft uitgekeerd. Sinds de uitbetaling van het eerste dividend in 2015, heeft de staat bijna 3,5 miljard euro ontvangen.
Een beursintroductie had al in 2018 kunnen plaatsvinden, maar het project is uiteindelijk stukgelopen door slechte marktomstandigheden.
