Inschrijven nieuwsbrief

Abonnement Magazine

Hoe deze Belgische maker van luxe horloges de sector nieuw leven wil inblazen

De tijd staat stil in de wereld van luxe horloges. Dat is althans wat de Antwerpenaar Benoît Mintiens in 2010 dacht toen hij besloot om ze zelf te ontwerpen. Met de horloges van Ressence probeert de ondernemer vernieuwing te brengen in een sector die volgens hem al decennialang niet meer innoveert.

Mintiens, destijds werkzaam als design consultant bij het Antwerpse designbureau Enthoven Associates, bezocht in 2008 een luxe horlogebeurs in Bazel. Daar raakte hij teleurgesteld door het gebrek aan innovatie in de sector. “Als design consultant had ik in tal van verschillende sectoren gewerkt, maar nog nooit had ik een sector gezien waar zoveel luxe en geld aanwezig was in de stands, terwijl de producten die verkocht werden zo weinig nieuws te bieden hadden”, zegt Mintiens. Dit inspireerde hem om zijn eigen luxe horlogemerk op te richten, waarbij hij een modern ontwerp nastreefde zonder afbreuk te doen aan de basisprincipes van de industrie.

Door zijn achtergrond als productontwerper kon Mintiens snel aan de slag. Na eerst met een horlogemaker te spreken om meer te weten te komen over de basistechnieken, begon hij in zijn bureau thuis zijn eerste ontwerp uit te tekenen. Hoewel hij geen ervaring had in de sector, bouwde hij snel drie prototypes, die hij in 2010 tentoonstelde tijdens de Baselworld Watch and Jewellery Show. Ressence was het enige Belgische merk op de beurs, waar de meeste deelnemers Zwitsers waren. Mintiens kreeg al snel de bijnaam ‘Le Martien’, oftewel ‘Het Marsmannetje’, vanwege zijn afkomst en zijn ongebruikelijke horloges.

Radicale innovatie in horlogeland

De mechanische horloges van Ressence zijn immers radicaal anders dan die van andere merken. “De eerste innovatie die we gemaakt hebben, is het feit dat de tijd wordt weergegeven zoals op een digitaal scherm, maar dan op een mechanische manier”, zegt Mintiens. In plaats van wijzers bestaat de wijzerplaat enkel uit schijven die
allen in één vlak liggen. De grote schijf toont de minuten, de kleinere schijven die daarin verwerkt zitten de uren, de seconden en meer. Daardoor bevindt alle informatie zich op één vlak, zegt Mintiens, waardoor het makkelijker en intuïtiever moet zijn om de tijd te lezen. Daarnaast zijn de wijzerplaten van bepaalde modellen gevuld met olie, een unicum in de wereld van de haute horlogerie. “Daardoor neem je de refractie weg die je nog hebt tussen de wijzerplaat en het glas, waardoor je het effect krijgt van een digitaal scherm”, aldus Mintiens.

© Ressence

Een andere innovatie is de automatische kroon. Deze ‘eCrown’ automatiseert de functie van de kroon, waarmee normaal gesproken de tijd wordt ingesteld en het horloge wordt opgewonden. Door gebruik te maken van elektronica en slimme sensoren kan de e-crown de tijd nauwkeurig bijhouden en aanpassen, evenals de positie van de wijzers regelen. Dit zorgt voor een verbeterde precisie en gebruiksgemak voor de eigenaar van het horloge. “Wat wij doen, is eigenlijk wat men in de jaren 50 in de auto-industrie deed, toen men automatische versnellingsbakken in auto’s begon te steken, maar dan voor horloges”, zegt Mintiens.

De rebelse Belg

In de conservatieve wereld van luxe horloges is innovatie echter niet hetzelfde toverwoord als in andere sectoren. Toen hij zijn eCrown presenteerde werd Mintiens
aangesproken door vertegenwoordigers van het Zwitserse conglomeraat Richemont,
bekend van onder meer de horlogemerken Cartier, IWC en Panerai. “Die mensen zijn toen naar mij toegekomen om te melden dat ik geen plaats had op die beurs omdat ik met zulke technologie bezig was”, aldus Mintiens. Ook verkopers stonden in het begin argwanend tegenover Ressence. 

© Ressence

Toch bleek er behoorlijk wat interesse te zijn in de wijzerloze horloges van het toen nog onbekende Belgische bedrijf. Tijdens het eerste productiejaar, in 2011, produceerde Ressence 50 horloges. Het jaar erop verdrievoudigde dat naar 150. Maar het was pas in 2013, toen de Type 3 uitkwam, het eerste oliegevulde horloge van Ressence en van de wereld, dat het bedrijf echt een naam voor zichzelf maakte. Toen won het de Grand Prix d’Horlogerie de Genève, volgens Mintiens “de Oscar van de sector”. Drie jaar later volgde nog een belangrijke mijlpaal. Toen werd Ressence erkend door de Fondation de la Haute Horlogerie (FHH), de overkoepelende organisatie voor producenten van luxe horloges. Ressence is het enige Belgische merk dat tot de organisatie behoort. Meer dan 90 procent van de bedrijven binnen de FHH zijn Zwitsers. 

Onder andere doordat het nu een gevestigde naam is binnen de wereld van de haute horlogerie, boert het bedrijf behoorlijk goed. Vorig jaar leverde Ressence zo’n 650 horloges. Dit jaar hoopt Mintiens zo’n 750 exemplaren te kunnen produceren. Dat Ressence groeit, is ook zichtbaar in de jaarrekeningen. Hoewel Mintiens niet veel wil zeggen over het boekjaar 2023, blijkt uit de jaarrekeningen van het bedrijf dat het bedrijf jaar na jaar een groei optekent. In 2022, het meest recente jaar waarvan cijfers bekend zijn, bedroeg de brutomarge (de verhouding tussen de brutowinst en de omzet) van Ressence voor het eerst meer dan een miljoen euro. Het bedrijf klopte in 2022 op een bedrijfswinst van 683.528 euro af. 

Toch nog ‘Made in Switzerland’

Ressence telt zo’n 15 werknemers, verspreid over België en Zwitserland. Zij staan in voor het ontwerp, de kwaliteitscontrole en sinds kort ook steeds meer de assemblage. De fabricage van de componenten en de assemblage van het merendeel van de horloges vindt echter plaats in Zwitserland. Mintiens benadrukt dat dit onvermijdelijk is vanwege het bijna monopolie van de Zwitsers op het gebied van horlogeproductie en de aanwezigheid van alle benodigde expertise in het land. In tegenstelling tot wat het logo van Ressence, de Antwerpse hand, doet vermoeden, zal je op de horloges dus nog altijd ‘Made in Switzerland’ zien staan. 

De Horloges van Ressence zijn te koop in verschillende landen in Europa, Azië, het Midden-Oosten en Noord-Amerika. In België kan je ze kopen bij Maison De Greef in Brussel en Knokke, en bij Slaets op de Antwerpse Meir. Het ‘instapmodel’, de Type 8, kost 14.800 euro. Voor duurdere modellen van Ressence, zoals de Type 2, tel je tot meer dan 50.000 euro neer.

Latest article